TuinHier
menuicon Menu Word lid
leftdrag<< Terug

Over Ons

leftdrag<< Terug

Ons aanbod

Nieuws

leftbackgrey Terug naar overzicht

Als rasechte moestuinier kweekt hij al jaar en dag al zijn groenten en heel wat fruit zelf.

Tuinieren heeft Peter altijd al gedaan. Als rasechte moestuinier kweekt hij al jaar en dag al zijn groenten en heel wat fruit zelf. Toen hij 3 jaar geleden met pensioen ging, had hij zich voorgenomen om een nieuwe tuinuitdaging aan te gaan, eentje met een grote maatschappelijke relevantie. Al zowat zijn hele leven is hij actief als vrijwilliger in organisaties die werken rond armoede.


“Kan je geloven dat 28% van de kinderen nog steeds in armoede leeft? Daar wou ik iets aan doen”. Zo werd het project Grensgroenten geboren: groenten geleverd tot aan de grens. Dit heeft niets met een fysieke grens te maken, wel met een financiële: tussen diegenen die het kunnen betalen en zij die het niet kunnen betalen.


Om dit te realiseren ging Peter op zoek naar extra grond in en rond Gierle, zijn woonplaats. Die grond vond hij heel dichtbij. Naast zijn woning ligt een perceel van zowat 15 are in eigendom van Fluxys. Tot dan had een buurvrouw er paarden op gehouden. Die stopte er mee en Peter kon er beginnen te tuinieren.


Nu was het alleen nog zoeken naar een partner om de groenten af te zetten. Die partner werd gevonden in het sociaal restaurant ‘t Antwoord in Turnhout.


Hoe gek het ook klinkt, ‘t Antwoord kon makkelijk producten zoals vlees vinden omdat daar een vervaldatum op staat. Met groenten is dat anders, die blijven in het winkelrek liggen tot ze helemaal verlept zijn waardoor het sociaal restaurant er moeilijk aan kon raken.


In het restaurant worden vier keer per week maaltijden geserveerd aan zeer democratische prijzen voor zo ‘n 100 à 120 eters, met groenten die Peter kosteloos aanlevert. Dat aanbod varieert van seizoen tot seizoen. Van witloof, kolen en prei in de winter over asperges in het voorjaar tot paprika ‘s, tomaten en pompoenen in de zomer.


Eén van Peters stokpaardjes is efficiëntie.


“We tuinieren allemaal om lekkere groenten op tafel te krijgen en wat extra ’s voor in de diepvriezer. Elke tuinliefhebber heeft ditzelfde doel. Wat te weinig gebeurt, is de grond optimaal benutten, zorgen dat de tuinbedden het hele jaar door begroeid zijn en oogst geven.”


“Neem nu bijvoorbeeld witloof. Dat zaai je pas eind mei. Daarvoor kan je gerust nog iets anders kweken. Zelf zaai ik als voorteelt spinazie of tuinkers. Zo sla ik twee vliegen in één klap. Een dubbele oogst en de bladgroenten zoals spinazie nemen vlot stikstof op waardoor het witloof beter kiemt”.


“Of een ander voorbeeld. Als je pompoenen plant, zijn dat de eerste twee maanden kleine planten. Wel, plant eerst paksoi, zet je kleine pompoenplantjes ertussen en tegen dat de pompoenen ruimte nodig hebben, wordt de paksoi al geoogst”.


Dit efficiënte plannen werpt duidelijk vruchten af, letterlijk dan, want vorig seizoen bijvoorbeeld leverde hij 2 300 kg groenten aan bij ‘t Antwoord.


“Die kilo’s an sich zijn niet het belangrijkste”, vervolgt Peter. “Dit project is niet enkel gestart om groenten te leveren, maar ook om groenten te leveren die deze mensen anders nooit kunnen eten, zoals asperges, omdat ze simpelweg te duur zijn”, legt hij uit.


“Het is toch zonde dat mensen geen asperges kunnen eten omdat ze ze niet kunnen betalen. De 130 kg asperges, 200 kg boontjes of de schorseneren en het witloof dat we leveren zijn zo ’n delicatessen die niet voor iedereen weggelegd zijn.”


“Eigenlijk is er nog een extra kanttekening nodig bij die productie. Die is niet afkomstig
van het hele perceel maar wel van slechts een dikke 500 m2. De rest van de ruimte wordt ingenomen door onder andere composthopen, een breed pad zodat ik overal met aanhangwagen bij kan, maar ook hagen en een sierplantsoen, want ik wil hier vooral ook een parkgevoel creëren.


“Trouwens, oogsten doe ik niet graag” vervolgt hij zijn verhaal. “Gelukkig doet mijn vrouw dat wel graag en helpt ze bijvoorbeeld bij het klaarmaken van de schorseneren. De rest van het werk doe ik zelf.”


“Mijn favoriete bezigheden zijn zaaien, planten of spitten. Niet de hele tuin wordt jaarlijks gespit. Enkel waar er wortelgewassen zoals schorseneren of wortelen komen of koolgewassen wordt er gespit zodat die gewassen vlot kunnen inwortelen.”


“Vruchtbaarheid in de tuin wordt op peil gehouden met gecomposteerde paardenmest en groenbemesters. Eigenlijk zijn groenbemesters een teken dat ik nog niet intensief genoeg tuinier”, lacht Peter. Uiteraard komen er in het najaar altijd meer bedden vrij die je dan kan opvullen met winterteelten. Die worden dan ingezaaid met een groenbemester die wordt ingewerkt het daaropvolgende voorjaar.


“Nog iets waar ik in de planning van de tuin heel goed mee moet opletten zijn kolen. Heel wat wintergroenten zijn kolen. Denk niet alleen aan de klassiekers zoals savooi, rode en witte kool en bloemkool, maar ook tuinkers en wasabino, een pittig blad- gewasje met duidelijke mosterdsmaak, zijn koolgewassen.”


“Ik moet dus heel goed opletten niet te veel kolen te zetten. Eigenlijk zitten we nu al op het randje omdat 1⁄4 van de tuin vol kolen staat.” Om problemen met knolvoet te voorkomen op zijn lichte zandgrond gebruikt hij zoveel mogelijk knolvoetresistente koolrassen.


Iets anders wat opvalt in de tuin is dat zowat alles afgedekt is met insectengaas. Dat is ook uit efficiëntie, maar dan niet zozeer voor zichzelf maar wel voor wie de groenten verwerkt. Door ze onder net te houden, worden ze niet enkel beschermd tegen belagers maar blijven ze ook proper.


In de prei komt bijvoorbeeld geen blad terecht, waardoor je groenten hebt die een stuk minder werk vragen om te wassen en verwerken. De geoogste groenten zien er net zo uit; zoals je ze uit de winkel zou gaan halen.


Alhoewel het eigenlijk nog winter is, staat de tuin al mooi vol, merk ik op (nvdr: dit interview werd afgenomen op 15/03). “Ja”, zegt Peter, “de tuin houden we zo vol mogelijk het hele seizoen door. Binnen enkele weken zijn alle gaatjes terug gevuld met vers plantgoed”. Trots toont hij zijn zelfgebouwde platte bak boordevol plantjes die staan te popelen om uitgeplant te worden.


B(l)oeiende Tuinhierdag 2024

“Kom op zondag 16 juni nog maar eens terug”, zegt hij, “dan doen we mee aan de B(l)oeiende Tuinhierdag. Onze tuin is open van 10 tot 16 u. Iedereen is welkom om een kijkje te komen nemen.”


“Er zijn rondleidingen met veel info over mijn vruchtwisselingsplan en het zaai- en plantoverzicht dat ik volg. Er is gelegenheid tot een hapje en een drankje en de opbrengst gaat volledig naar ‘t Antwoord. Be there (Pater Verlindenstraat 23, 2275 Gierle)!”


Tips voor tuin(h)iers:

  • Zomerprei zelf zaaien kan zeker. Zaai de prei binnenshuis eind december - begin januari. Verspeen ze als ze 1 mm dik zijn in kleine potjes. Die potjes verhuizen vanaf februari naar de koude bak. De zomerprei wordt uitgeplant na een weeuwenteelt bloemkool of savooi. 
  • Wandel elke dag door je tuin. Zo merk je meteen kleine dingen op. Als je maar één keer per week in je tuin komt, word je soms overweldigd door wat er allemaal moet gebeuren en moet je er vaak ook meer tijd in stoppen omdat kleine dingetjes grote werken geworden zijn. Dat werkt demotiverend. Wandel er dus elke dag eens door zodat kleine werkjes geen heuse klus worden. 
  • Als je je tuin plan(t), denk dan meteen ook aan je vakantie. Ga je weg half juli, zet dan bijvoorbeeld heel vroege boontjes of boontjes die je kan plukken nadat je thuiskomt. Dit is ook fijner voor buren of familie die op je tuin letten en die soms overweldigd kunnen worden door de grote oogst. 

articleimage

Zoeken

Vind een artikel of evenement

Categorie